Als je failliet dreigt te gaan moet je het tafelzilver verkopen, dat weet iedereen. Maar dat is kennelijk anders als het geen tafelzilver is, maar
goud en als je geen gewone schulden hebt, maar miljardenschulden. Veel Europese landen hebben van oudsher hun valutareserve voor een deel in goud opgeslagen. Zo ook
Griekenland en
Portugal die momenteel leven op de Europese pof. Athene bezit 4 miljoen ounce goud, grofweg 4,5 miljard euro waard. Portugal heeft zelfs voor 13 miljard.
Er zijn geen werkelijk steekhoudende economische redenen, schrijft Die Welt, om die voorraden aan te houden als je je rekeningen niet meer kunt betalen. En er zijn dus ook geen werkelijk steekhoudende redenen om die betrokken landen niet eerst te vragen hun eigen rijkdom te gebruiken, voor ze die van anderen op gaan maken. Op de 11 miljard die de Grieken krijgen is 4,5 miljard euro misschien niet veel, maar het scheelt Nederland zo'n 400 miljoen. Ja precies: daar kun je twintig jaar lang zes symfonieorkesten van onderhouden.