'Na 4 maanden wil een astronaut wel weer naar huis'

Wetenschap
woensdag, 29 juli 2015 om 14:22
welingelichtekringen header 1
Wat er allemaal gebeurt in het internationale ruimtestation (International Space Station, ISS) wordt nauwgezet bekeken, geanalyseerd en gedocumenteerd door 8 mensen van NASA's Payload Operations Integration Center in Huntsville, Alabama. In een donkere ruimte vol monitors met grafieken en tijdlijnen houden zij alles in de gaten, van de effecten van langdurige missies op het lichaam tot aan elk experiment dat in de ruimte wordt uitgevoerd. In feite zijn deze mensen bijna de enigen die contact onderhouden met de astronauten in het ISS, die 400 kilometer boven de aarde zweven. Dat is nog niet zo makkelijk, want er zijn taalbarrières en tijdzones om rekening mee te houden. Manager Sam Shine: 'Het kan nauw luisteren, als je informatie van een Italiaanse wetenschapper moet overbrengen aan bijvoorbeeld een Duitse astronaut'. Het team kijkt de astronauten ook op de vingers. Elke beweging of actie wordt in het log genoteerd. Als er eentje een instrument kwijt is, weet het team van het Operation Integration Center waar het gebleven is. Ondertussen worden lichaamsfuncties in de gaten gehouden, want het is voor de toekomst goed om te weten wat gewichtsloosheid doet met dingen al spierweefsel en botmassa. Hetzelfde geldt voor de psychische toestand van de astronauten en hoe ze eventueel te helpen zijn. Heeft lekker eten bijvoorbeeld effect, als je normaal gesproken iedere dag poedervoedsel eet en gerecyclede urine drinkt? 'Soms moeten ze iets doen wat ze niet leuk vinden, zoals het ISS stofzuigen. Daarna vragen we hoe ze zich voelen en geven we ze een chocoladepuddinkje om te kijken of ze zich al weer vrolijker voelen'. Om nog meer inzicht in de psyche te krijgen moeten er ook dagboekjes worden bijgehouden. Uit de dagboekjes blijkt dat de 4e maand de astronauten zwaar valt. 'Ze zijn het dan beu en ze willen naar hun familie'. Aangezien de missies vaak 6 maanden tot een jaar duren, moet NASA misschien wat meer puddinkjes sturen. Meer bij .
Bron(nen): BBC Future