Wat er dit weekeinde gebeurde. Vlak voor de Kladderadatsch definitief zou worden komen de Europese autoriteiten in actie. Dit weekeinde besloot de ECB alsnog om op grote schaal schulden van de zwakke landen te gaan opkopen, en dan met name van Italië en Spanje. Met twee beoogde effecten: de druk verlagen op de financiële positie van de markten, maar ook - belangrijker - laten zien dat de
euro gered zal worden, hoe dan ook, en dat speculeren dus niet veel zin heeft. Het is het tot nu toe krachtigste signaal dat
Europa de euro wil redden en daarvoor stappen wil zetten. Dit is een crisis=stap, waarvan vandaag moet blijken of hij indruk maakt. Daarnaast, en op de langere termijn zullen de Euro-landen niet ontkomen aan verdere integratie. Het gebrek aan vertrouwen van de financiële markten in steeds meer eurolanden leidt vroeg of laat tot de vorming van een Europese
‘economische stabiliteitsregering’ , zoals Arnoud Boot die in het FD noemt. Die supranationale regering moet zorgen voor een gemeenschappelijk beleid. ‘We zijn nu aangekomen bij de “defining moments” van de euro’, stelt Boot vast.