'Het lot van elke burger in Rusland staat op het spel'

Politiek
woensdag, 03 november 2010 om 00:00
welingelichtekringen header 1
‘Edelachtbare, u zult over het lot beslissen van meer dan twee mensen, het lot van elke burger in Rusland staat op het spel. Miljoenen ogen in heel Rusland en de wereld volgen dit proces. Zij hopen dat Rusland een vrij land wordt, dat het recht zal zegevieren over bureaucraten en dat de steun voor oppositiepartijen niet zal leiden tot repressie.’ In de Volkskrant een zeer lezenswaardig stuk van Rusland-correspondent Arnout Brouwers over het politieke showproces tegen oud-oliemagnaat Michail Chodorkovski.

‘Lot van Rusland staat op het spel’

MOSKOU In een dramatisch slotbetoog van het strafproces tegen oud-oliemagnaat Michail Chodorkovski, heeft de beschuldigde verklaard dat het lot van heel Rusland op het spel staat als de rechter uitspraak doet in zijn zaak. Hij zei zich te schamen voor Rusland, ‘waar ieder die met het systeem botst absoluut geen rechten heeft’.
De uitspraak volgt op 15 december. Critici in binnen- en buitenland zien het als Ruslands grootste politieke showproces van de moderne tijd.
Chodorkovski, die toen hij oliegigant Joekos runde de rijkste man van Rusland was, werd in 2003 opgepakt en later veroordeeld tot acht jaar in een Siberische strafkolonie wegens grootschalige belastingontduiking. Vorig jaar werd hij – in het zicht van mogelijke vroegtijdige vrijlating – opnieuw aangeklaagd, ditmaal wegens verduistering van een som geld die groter is dan de marktwaarde van Joekos ooit was.
Deze maand eisten de aanklagers dat Chodorkovski en zijn tweede man Platon Lebedev opnieuw veroordeeld worden en een gevangenisstraf krijgen die hen tot 2017 achter de tralies houdt.
‘Edelachtbare’, zei hij gisteren tegen rechter Viktor Danilkin, ‘u zult over het lot beslissen van meer dan twee mensen, het lot van elke burger in Rusland staat op het spel. Miljoenen ogen in heel Rusland en de wereld volgen dit proces. Zij hopen dat Rusland een vrij land wordt, dat het recht zal zegevieren over bureaucraten en dat de steun voor oppositiepartijen niet zal leiden tot repressie.’
Die laatste opmerking verwijst naar een van de mogelijke motieven die het Kremlin had in 2003 toen het besloot Chodorkovski te vervolgen. De olietycoon was weliswaar rijk geworden met dubieuze privatiseringen, maar dat gold voor de meeste ‘oligarchen’. Dat Chodorkovski eruit werd gepikt, wordt vaak in verband gebracht met zijn politieke ambities en zijn steun aan oppositiepartijen.
Chodorkovski is een symbool geworden voor de Russische oppositie omdat hij zijn lijdensweg in het strafkamp in Tsjita waardig heeft ondergaan en zich vanuit zijn benarde omstandigheden heeft ontwikkeld tot een soort moreel geweten van het moderne Rusland.
Toen in 2008 Dmitri Medvedev president werd, hoopten sommigen op een presidentieel pardon voor Chodorkovski en Lebedev. Maar het tweetal werd opnieuw aangeklaagd en Chodorkovski rekent niet langer op vrijspraak. ‘Ik ben geen ideaal mens, maar een mens met een idee. Ik wil niet in de gevangenis sterven, maar mijn denkbeelden zijn het waard.’
In een interview met de kritische krant Novaja Gazeta zei Chodorkovski deze week dat het systeem gedoemd is ten onder te gaan, omdat modernisering onmogelijk is in een land met een ‘compleet gecriminaliseerde’ bureaucratie. Hij voorspelde dat het land op een crisis afgaat omdat lagere olie-inkomsten over een paar jaar niet meer zullen volstaan om de sociale spanningen weg te masseren.
In zijn slotbetoog dinsdag hekelde Chodorkovski hoe Rusland zich onder Poetin en Medvedev heeft ontwikkeld tot ‘een ziek land’. Wie gaat Rusland moderniseren, vroeg hij zich af, ‘aanklagers, politieagenten en tsjekisten (functionarissen van de geheime diensten, red.)? Hij vergeleek de Russische economie met die onder Stalins Sovjet-Unie, toen het land wel een waterstofbom kon produceren, maar geen fatsoenlijke koelkast of auto.
De ‘totaal absurde’ aanklacht tegen hem verduidelijkte Chodorkovksi vorige week tegenover de rechter als volgt. ‘Het enige dat is aangetoond, is dat ik leiding gaf aan Joekos en dat het Joekos-personeel voor mij werkte. Het is alsof u straks in de kantine van de rechtbank een broodje zou gaan eten en men zou u beschuldigen van poging tot diefstal. Als u ook voor een collega zou betalen, dan zou dat lidmaatschap van een criminele organisatie betekenen.’
Bron(nen): de Volkskrant