Met het ene simpele besluit om de Spaanse banken te redden met 100 miljard steeg de Nederlandse staatsschuld met ruim een procent. Van de 100 miljard neemt Nederland 7 miljard voor zijn rekening. Formeel staat tegenover dat bedrag een vordering op Spanje (het geld moet worden terugbetaald) maar volgens de Europese boekhoudregels moet het worden toegevoegd aan de schuld. Martin Visser in het FD: "Als de EFSF € 100 mrd uitleent aan Spanje, loopt de schuld van Spanje met € 100 mrd op, van 81% naar circa 90% (dit is al een spannend gegeven, benieuwd wat de financiële markten daar uiteindelijk van gaan vinden). De andere eurolanden maken geen geld over aan de EFSF, die haalt dat geld zelf uit de markt. Maar de eurolanden staan wel garant voor die € 100 mrd en dat ziet Eurostat als een rechtstreekse financiële verplichting.(...) Het Nederlandse aandeel in het noodfonds is circa 6%. Zonder Spaanse bijdrage loopt dat aandeel op naar ongeveer 7%. Dat betekent dat Nederland voor € 7 mrd garant staat voor de redding van Spaanse banken. Oftewel: een toename van de staatsschuld met bijna 1,2 procentpunt."