Europa: een onsje meer of minder?

Mootz
door Admin
woensdag, 04 juli 2012 om 16:26
welingelichtekringen header 1
Geert Wilders heeft de eenvoudigste oplossing: Nederland uit de EU. Ook de SP is uiterst kritisch. Andere partijen denken daar anders over. Hieronder de mening van drie (ex) politici. Pieter Omtzigt - CDA: "Nederland moet in Europa met kracht aanwezig zijn". Sharon Dijksma: "PVV en SP draaien mensen een rad voor ogen". Han ten Broeke - VVD: "Niet meer Europa maar een Europa dat werkt". - CDA: Wees erbij Europa staat voor de grootste krachtproef sinds de val van de Muur: het oplossen van de schuldencrisis, het redden van de euro en het aanjagen van groei en vooral werkgelegenheid. Vooral in Zuid-Europa betalen jongeren, veelal uitstekend geschoold en gemotiveerd, een verschrikkelijke prijs voor deze crisis. Een jeugdwerkloosheid van 30 tot 50 procent dreigt daar ‘gewoon’ te worden. De ervaring uit de jaren dertig en andere crises in de wereldeconomie leert dat je zonder samenwerking de ellende verergert. Nederland importeert en exporteert meer dan de helft van zijn economie. Gaat het onze buren goed, dan gaat het ons nog beter. Het sluiten van grenzen levert gegarandeerd massawerkloosheid op. Dat wil geen nuchter denkend mens. We moeten kiezen welke zaken gezamenlijk aangepakt moeten worden en welke we zelf doen. De financiële sector werkt wereldwijd: die zullen we samen moeten opruimen. De pensioenfondsen zijn hier bij elkaar gespaard. Dat blijft een nationale verantwoordelijkheid. Dat zeg ik ook als pensioenrapporteur. Invloed houden in Europa is beter dan schelden of je afkeren. Toen de vier grootste eurolanden gingen dineren om alles voor te koken, had de premier van het vijfde euroland, Mark Rutte, in het vliegtuig moeten springen. Hij had moeten aanschuiven, naast Merkel, al was het maar bij het toetje! In 2001 vloog Kok naar Blair, ook al was hij niet uitgenodigd. Nederland moet in Europa met kracht en durf aanwezig zijn. Zeker als het er echt toe doet. - PvdA: Rad voor ogen De economische crisis maakt de onderlinge afhankelijkheid van de Europese landen pijnlijk zichtbaar. Nu Griekenland en Spanje een beroep doen op het noodfonds gaan er miljardenleningen naar deze landen om te voorkomen dat de boel in elkaar stort. Veel Noord-Europeanen zien dit met lede ogen aan. Ik begrijp heel goed dat mensen weinig trek hebben in het helpen van landen die er niet genoeg aan hebben gedaan om hun zaakjes op orde te krijgen. Maar PVV en SP draaien de mensen een rad voor ogen door te suggereren dat Nederland beter af zou zijn wanneer we ons meer van de Europese partners zouden afkeren. De leningen worden niet uit liefdadigheid gegeven. Nederlandse pensioenfondsen zitten met miljarden in Spaanse banken, een faillissement in Madrid heeft direct consequenties voor onze gepensioneerden. Overigens zou het de minister van Financiën sieren wanneer hij ophoudt met het sprookje dat we al die leningen met rente terug krijgen. Dat gaat waarschijnlijk niet gebeuren, maar het alternatief, niets doen, is vele malen erger. De Europese leiders, inclusief onze premier, hebben ondertussen verzuimd om de echte problemen aan te pakken. Vooral de financiële sector is toe aan een drastische hervorming, waarbij het over de hoofden van mensen heen speculeren met geleend geld wordt aangepakt! En met zo’n zwaar bezuinigingsprogramma mogen burgers van leiders perspectief verwachten. Het Europese pact voor groei en werkgelegenheid komt niets te vroeg. - VVD: Blauwe ogen Werd er jaren geleden geklaagd dat Europa, hoewel ‘best belangrijk’, vooral tot gegeeuw leidde, nu is zij het meest populaire gespreksonderwerp na het weer. Maar veertig jaar gebrek aan discussie in Nederland, waarin onze politieke elites Europa zonder argwanend electoraat konden vormgeven, doen zich voelen. Deze generatie politici herstelt de blunders van de vorige (Lubbers, Kok, Zalm). Lees ‘De euro’ van NRC- journalist Roel Janssen, waarin deze vormgevers aan het woord komen. In Maastricht (1992) werd een Europese muntunie afgesproken die zou staan als een huis. Maar de voordeur zat niet op slot voor Italië, Griekenland en Spanje. En via een wagenwijd openstaande achterdeur konden Duitsland en Frankrijk hun handjeklap vormgeven. Toen Hans van den Broek (CDA) een ‘Europese politieke unie’ voorstelde, haalde Nederland een diplomatieke zeperd: ‘Zwarte maandag’. Onder Balkenende en Timmermans (2008) realiseerde Nederland zes van de acht wensen die tot het Verdrag van Lissabon leidden. Daaronder ‘mijn’ oranje kaart, die Pieter Omtzigt hoopt te trekken om Brusselse pensioenplannen te blokkeren. We wonnen zeggenschap! En onder Rutte hebben we de begrotingsdiscipline en de bankeninspectie kunnen invoeren, zonder dat de Duits-Nederlandse creditcard is afgegeven aan de Club Med. De fout om landen te geloven op hun blauwe ogen die ze niet hebben wordt niet meer gemaakt. Dus: niet méér Europa, maar een Europa dat werkt!