Dat het in Irak misschien beter gaat, kunnen Irakezen het beste zelf beoordelen. In de International Herald Tribune van vandaag een stukje over een Irakees die de moed verloren heeft, en een Irakees die het weer ziet zitten. De eerste, de schrijver van het stuk, woonde in 2003 in Beiroet en was een enthousiast voorstander van de Amerikaanse invasie in Irak. De ander was naar Amerika uitgeweken, maar wilde van geen enthousiasme weten en was tegen de invasie. Tussen 2003 en 2009 bestookte de 'Amerikaan' zijn vriend in Beiroet met e-mails waarin alle rampen in het van Saddam bevrijde Irak werden benadrukt. De voorstander van de invasie verloor elke hoop op verbetering en reageerde sceptisch toen zijn vriend dit jaar plotseling vertelde naar Bagdad te zullen afreizen. Dit was geen goede tijd: onder president Obama zou Amerika weer zaken gaan doen met dictators en was de lust om de democratie te verspreiden verloren gegaan. Maar de 'Amerikaan' die zes jaar geen goeds over het nieuwe Irak wilde weten, mailde terug dat hij het fout had gezien en zijn vriend in Beiroet goed. 'Dit is de tijd om terug te gaan. Het is nu de beurt aan ons om van Irak iets te maken.'