Paddo's helpen echt tegen depressie toont grote studie aan: 'Bijzonder resultaat'

Wetenschap
donderdag, 03 november 2022 om 10:37
anp 316402779
Paddo's zijn allang geen drug meer voor opstandige tieners op zoek naar een verzetje. Ze worden steeds meer in de behandelkamer van de therapeut gebruikt. Een grote studie toont nu aan dat het middel erg goed helpt tegen depressies.
Bijna een derde van de patiënten met een zware depressie zag forse verbetering na één enkele dosis van 25mg psilocybine, de werkzame stof in paddo's en truffels, gevolgd door therapie. Het zijn 'exceptionele resultaten' aldus professor Guy Goodwin, die het onderzoek leidde.
Zware depressiesNaar schatting hebben wereldwijd 100 miljoen mensen last van therapieresistente depressie. Dat wil zeggen dat ze een zware depressie hebben die niet verbetert na gebruik van minstens twee verschillende antidepressiva. "Bij deze groep zien we binnen drie weken een remissiecijfer van 30 procent. Dat is een erg bevredigende uitkomst", vertelt Goodwin in Britse krant The Guardian.
De grootste verbetering trad op met de hoogste dosis van 25mg psilocybine. Drie weken na inname van het middel was 29 procent van deze groep in remissie, vergeleken met 8 tot 9 procent van de mensen die 1 of 10 mg nam. Na twaalf weken hield het positieve effect aan bij een vijfde van de groep met de hoogste dosis.
Golf van neurotransmittersPsilocybine wordt in het lichaam afgebroken in psilocine, dat een golf van neurotransmitters vrijlaat in de hersenen. MRI-scans tonen aan dat de hersenactiviteit chaotischer wordt en dat verschillende hersengebieden meer dan normaal met elkaar communiceren door de stof.
"Dat klinkt misschien als iets slechts, maar dat is het niet", zegt psychiater James Rucker van het King's College London. "Dat gebeurt iedere nacht: als je droomt worden je hersenen plastischer en iets chaotischer. Ook worden er nieuwe connecties gevormd."
Niet voor niets spreken patiënten die meededen aan het onderzoek van een 'wakkere droom', een kortdurende ervaring die weer weg was voor ze naar huis gingen. De toegenomen connectiviteit van de hersenen hield echter langer aan, waardoor ze mogelijk meer open stonden voor therapie. "Als het brein in een flexibelere staat is, ontstaat er een momentum voor succesvolle therapie", aldus Rucker.
Bron(nen): The Guardian