We liegen wat af. Elke dag weer vertellen we aan anderen dingen die niet waar zijn. En zelfs de grootste experts kunnen de leugen vaak niet onderscheiden van de waarheid. Daarover schrijft Vlaamse krant De Standaard. Een leugentje is lang niet altijd erg en is soms zelfs essentieel in het sociale verkeer. Waar de grens ligt, hangt volgens Katrien Schaubroeck, filosofe en docent Ethiek (UA), af van de bedoeling. "Sommige gesprekken zijn niet bedoeld om de waarheid te achterhalen of feiten te delen. Ze dienen de sfeer en de emotionele band. Of ze zijn er om troost en geruststelling te bieden." Maar dat is wel een kleine minderheid van de leugens. Volgens de Amerikaanse professor communicatie Timothy R. Levine heeft namelijk slechts 2 procent van de leugens de bedoeling om sociaal en niet bot te zijn. 22 procent van de leugens dient om onze fouten en slechte kanten te maskeren. Nog eens 8 procent dient om actief een positief beeld van onszelf te verspreiden. Van 31 procent van onze onwaarheden hopen we dat ze ons economische en andere voordelen opleveren. Die leugens verkopen we in groten getale, weet universitair docent Sophie van der Zee (Erasmus Universiteit Rotterdam). "Het is moeilijk om te onderzoeken hoe vaak we gemiddeld liegen. Als we mensen daar zelf over laten rapporteren in een dagboek, komen ze op zo’n twee leugens per dag. We vermoeden dat het in werkelijkheid veel meer is." Ze onderzoekt hoe we mensen eerlijker kunnen maken en staat bekend als leugenexpert. Toch kan ook zij maar moeilijk bepalen wanneer iemand niet de waarheid vertelt. "Na al die jaren kan ik nog altijd niet zien of iemand liegt. Ook politiemensen die specifieke leugendetectietrainingen hebben gevolgd of gedragswetenschappers scoren niet beter dan iemand die zelfs niet naar het verhaal luistert en gewoon een muntje opgooit. Kop of munt. Waarheid of leugen. 50 procent kans." Ze werkte mee aan een BBC-documentaire waarbij drie mensen een week lang niet mochten liegen. Het verbaasde haar hoe moeilijk dat was voor de deelnemers. "Mensen zijn zo oneerlijk. Veel oneerlijker dan ze zelf denken. Hoe hard ze ook probeerden, alle drie de deelnemers hebben verschillende keren gelogen tijdens die week. Eén van hen is halverwege in tranen uitgebarsten. Ze kwam tot de conclusie dat ze veel oneerlijker was dan ze eerst dacht."
Bron(nen): De Standaard