We hebben de mond vol over passie, uitdagingen en werk doen waar je hart sneller van gaat kloppen, maar ten eerste: veel werk is gewoon eentonig en ten tweede: we willen toch ook wel graag goed betaald worden. Werkgevers spelen daar op in door bijvoorbeeld bonussen te geven, maar werkt dat wel?
Nieuw internationaal onderzoek laat zien dat het vooral het ontwerp van de baan is – de inhoud en inrichting van het werk – dat bepaalt hoe gemotiveerd en effectief werknemers zijn. Niet de bonus.
In drie onderzoeken vergeleken wetenschappers salaris, prestatiebeloning en werkontwerp (zoals autonomie, complexiteit en feedback). Hun bevindingen zijn duidelijk: dagelijkse kenmerken van het werk zelf zijn de motor achter motivatie, prestaties en welzijn. Prestatieloon bleek nauwelijks bij te dragen zodra werkontwerp werd meegerekend. Sterker nog: in sommige gevallen verlaagden bonussen het werkplezier.
Dat sluit aan bij eerdere inzichten: te veel nadruk op geld kan het gevoel van autonomie ondermijnen en juist de intrinsieke motivatie verminderen.
Wat werkt dan wel?
- Maak werk afwisselend, betekenisvol en geef ruimte voor eigen beslissingen
- Geef feedback: constructieve terugkoppeling blijkt motiverender dan een financiële beloning.
- Zorg voor een eerlijk basissalaris: zekerheid en rechtvaardigheid zijn cruciaal, maar verwacht niet dat salaris op zichzelf motivatie en prestaties aanjaagt.
- Gebruik bonussen met mate: zwaar leunen op prestatiebeloning kan averechts werken, vooral in complexe banen waar flexibiliteit en creativiteit nodig zijn.
De onderzoekers benadrukken dat vooral autonome motivatie – het gevoel van “ik wil dit doen” – prestaties en welzijn versterkt. Dat bereik je eerder met een stimulerende werkomgeving dan met ingewikkelde bonusstructuren.
Hun advies aan werkgevers is dan ook simpel: steek minder energie in dure beloningssystemen en meer in zinvol werk. Want uiteindelijk is het de inhoud van je baan, en niet de hoogte van je bonus, die bepaalt hoe ver je komt en hoe gelukkig je erbij blijft.