De dubbele tong van Mark Rutte

Het duidelijkste voorbeeld is misschien wel Europa: er wordt in Europa een bijna federale economische regering opgetuigd en Mark Rutte ontkent het gewoon. En komt er mee weg. ‘Dit pakket zal het economische bestuur van de Europese Unie versterken,’ luidt de tweede zin van het Europese besluit waaronder Ruttes handtekening staat. Maar terug in Nederland spreekt hij over 'minder Europa' en wordt geloofd. De Pers en De Volkskrant storten zich vandaag beide op dat opmerkelijke fenomeen. De dubbele tong

De Pers: "Neem de bezuinigingen op defensie. Het is belangrijk voor het kabinet om de Nederlandse bevolking ervan te overtuigen dat die ‘ons in staat stellen een krijgsmacht aan de samenleving te bieden die internationaal en nationaal zal kunnen doen wat er van hun gevraagd wordt’. En dat zeiden Rutte en minister van Defensie Hans Hillen dan ook. Het leger wordt wel kleiner, ‘maar blijft op het niveau van de Champions League’. In een videoboodschap aan het defensiepersoneel zegt Hillen echter dat Nederland ‘voor zijn veiligheid onderverzekerd dreigt te raken’. De Volkskrant onthulde gisteren dat Hillen dit zinnetje eerst ook had opgenomen in de brief die hij vrijdag naar de Tweede Kamer stuurde, maar na de ministerraad ontbrak het. Het is een beproefde tactiek van dit kabinet. Als iets negatief uitpakt, of verkeerd kan vallen bij de achterban, stelt het tegenover de ene waarheid gewoon een andere die beter bekt." De Volkskrant noemt 5 sterke voorbeelden van de wijzw waarop Rutte ons fopt: 1. De vermindering van het aantal vreemdelingen. 2. De 12.000 extra verpleegkundigen. Die belofte is onmogelijk na te komen 3. De steun aan de Euro: die gaat veel geld kosten, maar het kabinet zegt gewoon steeds dat het geld gaat opleveren 4. De 3000 agenten die er niet bijkomen 5. De 18 miljard die niet wordt bezuinigd. Conclusie van De Pers en De Volkskrant: een premier die helder communiceert en spreekt in hele zinnen kan toch (of juist) heel veel verdoezelen

Bronnen: De Pers (link) en De Volkskrant (nog niet online)

Bron(nen): De Pers