De mislukte klimaattop in Kopenhagen staat niet op zichzelf. Ook op andere terreinen lijkt ontreddering zich meester te hebben gemaakt van de milieubeweging. In Californië is nu bijvoorbeeld een felle strijd losgebarsten over de vraag of de Mojave-woestijn wel of niet mag worden gebruikt voor de opwekking van duurzame energie.
De Californische senator Dianne Feinstein heeft een wetsvoorstel ingediend dat de Mojave-woestijn uitroept tot ‘nationaal monument,’ waar geen windmolenparken en zonnecentrales mogen worden aangelegd. Ze beroept zich daarbij op de belofte die de Amerikaanse regering tien jaar geleden heeft gedaan om de woestijn te beschermen, toen zij grote delen daarvan als donatie in ontvangst mocht nemen van een milieu-organisatie, die de grond had gekocht van een projectontwikkelaar.
In 2005 kwam president Bush hierop terug door te verordonneren dat de productie van duurzame energie moest worden versneld, ook in de Mojave-woestijn, volgens milieudeskundige Robert Kennedy jr. “het beste land voor zonne-energie in de wereld.” Maar de woestijn is ook een van de meest pittoreske landschappen in het westen van de VS, waar zeldzame dieren en planten voorkomen.
Met haar actie zet Feinstein de discussie binnen de milieubeweging op scherp over de vraag wat belangrijker is: duurzame energiewinning of het ontzien van oeroude landschappen die bescherming verdienen.