NRC Handelsblad probeert er met onderzoek achter te komen wat de PVV stemmers beweegt. 93 procent van de PVV’ers vindt dat de uitgaven aan ontwikkelingshulp omlaag moeten, 81 procent wil een immigratiestop, 78 procent dat Nederland weggaat uit Uruzgan en 72 procent vindt dat Polen, Bulgaren en Roemenen moeten wegblijven uit Nederland.
Solidariteit is voor veel PVV-stemmers synoniem aan diefstal. „Laten we eerst wat voor onze eigen mensen doen.” De aanhang van Geert Wilders eist dat belastinggeld ten goede komt aan henzelf, en niet aan nieuwe Nederlanders of hulpbehoevenden in het buitenland. „Laten we eerst wat voor onze eigen mensen doen”, zeggen ze. Dan bedoelen ze zichzelf, hun kinderen die slecht onderwijs krijgen, en ouderen die naar de voedselbank moeten of wegkwijnen in verpleeghuizen. Rijk en arm voelen zich ‘gepakt’.
Arm kan bijna niet rondkomen, rijk wordt bestolen via de belastingen. Geld waar zij recht op menen te hebben, verdwijnt volgens hen al decennia via Den Haag in een bodemloze put. Ze noemen: asielzoekers, ontwikkelingshulp, de Europese Unie, Polen, Bulgaren en Roemenen, de JSF, de Betuwelijn, Uruzgan, de publieke omroep, kinderbijslag, de banken, de euro en verkwistende managers in zorg en onderwijs. Dit blijkt uit een steekproef van onderzoeksbureau Synovate onder 300 PVV-aanhangers en 300 ‘gemiddelde’ kiezers. Sommige van die standpunten worden gedeeld door een groot deel van alle Nederlandse kiezers, blijkt uit dezelfde steekproef. Zes op de tien ‘gemiddelde’ kiezers wil dat bezuinigd wordt op de uitgaven aan ontwikkelingshulp. 67 procent wil dat Nederland geen nieuwe troepen naar Uruzgan stuurt en 41 procent is het eens met de PVV dat er geen immigranten meer moeten worden toegelaten.
44 procent wil dat Polen, Bulgaren en Roemenen wegblijven uit Nederland.