Onder de Atlantische Oceaan bevindt zich een spookachtige ‘onderwaterstad’ van torens, sommige zo hoog als een flatgebouw van twintig verdiepingen, die al 120.000 jaar bestaat. Het gaat hier niet om een door mensen gebouwde stad, maar witte kalkstenen torens die ons veel kunnen leren over hoe het leven op aarde begon. Meer dan 700 meter onder de zeespiegel rijzen witte kalkstenen torens op uit de oceaanbodem. De hoogste toren, Poseidon, steekt maar liefst 60 meter de hoogte in. Deze torens zijn geen overblijfselen van een verloren beschaving, maar levende ecosystemen die constant gassen uitspuwen.
Anders dan andere gelijkaardige systemen, gebruikt de zogenaamde ‘verloren stad’ geen vulkanische hitte. In plaats daarvan ontstaan er chemische reacties wanneer het gesteente van de aardmantel in contact komt met zeewater. Dit proces produceert waterstof en methaan. Dat zijn de bouwstenen van het leven.
Grote gemeenschap, zonder zonlicht
In de spleten en openingen van deze torens leeft dan ook een gemeenschap van organismen. Bacteriën groeien in strengen langs de kalkstenen wanden. Ook slakken en schaaldieren gedijen er. Zelfs krabben en garnalen hebben hun weg naar dit afgezonderde ecosysteem gevonden.
Dit leven bestaat volledig onafhankelijk van zonlicht en zuurstof. De organismen halen hun energie rechtstreeks uit chemische processen. Het is een fenomeen dat wetenschappers doet denken aan hoe het allereerste leven op aarde mogelijk is ontstaan, miljarden jaren geleden.
Gevaar loert om de hoek
Helaas staat dit natuurwonder onder druk. Polen heeft in 2018 mijnbouwrechten gekregen voor het zeegebied waar de verloren stad zich in bevindt. Er zijn vooralsnog wel geen waardevolle grondstoffen gevonden. Toch vrezen wetenschappers dat mijnbouwactiviteiten in de omgeving het delicate ecosysteem kunnen verstoren door stofwolken en verontreinigingen. Daarom pleiten wetenschappers ervoor om de locatie op de Werelderfgoedlijst te plaatsen.