Wat je ziet of hoort, lijkt misschien vanzelfsprekend echt. Maar volgens neurowetenschappers is dat gevoel van realiteit grotendeels een constructie van je brein. En soms werkt die interne realiteitscheck zó goed, dat je je verbeelding niet van de werkelijkheid kunt onderscheiden. Een nieuwe studie van University College London bouwt voort op een klassiek psychologisch experiment uit 1910. Daarin vroegen onderzoekers proefpersonen zich een object voor te stellen op een blanco muur, terwijl er stiekem een flauwe projectie van datzelfde object werd getoond. De proefpersonen dachten dat ze het beeld zelf verzonnen. Dat is een aanwijzing dat verbeelding en waarneming sterk door elkaar kunnen lopen.
Neurowetenschapper Nadine Dijkstra herhaalde het experiment nu met moderne technologie. In een MRI-scanner kregen proefpersonen de opdracht om zich schuine lijnen voor te stellen, terwijl er soms echt lijnen werden geprojecteerd tegen een achtergrond vol visuele ruis. Opvallend: wanneer mensen de echte lijnen zagen, werd een specifiek hersengebied actiever dan bij verbeelding, het zogeheten fusiform gyrus. Dat vertelt Dijkstra aan de website Popular Science.
Drempel voor ‘realiteit’
Wanneer proefpersonen ingebeelde lijnen aanzagen voor echte, wat je een lichte hallucinatie zou kunnen noemen, bleek diezelfde hersenregio net zo actief als bij een echte waarneming. Samen met activiteit in de prefrontale cortex suggereert dat een mechanisme dat Dijkstra de 'realiteitsdrempel' noemt: zodra een waarneming een bepaalde drempel aan hersenactiviteit passeert, beschouwt ons brein het als echt.
Dat mechanisme lijkt efficiënt: het helpt ons snel beslissen of we bijvoorbeeld op tijd opzij moeten stappen voor een aanstormende auto. Maar het is niet waterdicht. We kunnen dingen verkeerd inschatten, of zelfs zien die er niet zijn.
Het onderzoek is nog pril, maar volgens Dijkstra zou het in de toekomst kunnen helpen bij het behandelen van hallucinaties, zoals bij schizofrenie. Door hersengebieden te stimuleren die betrokken zijn bij de realiteitsbeleving, zouden behandelaars mogelijk kunnen ingrijpen wanneer die waarneming ontspoort.