De New Scientist begint - geheel tegen de zakelijke gewoontes van de site in - met een ongemakkelijke omweg, om iets te vertellen over wat kennelijk wordt ervaren als een ongemakkelijk onderwerp: bestaat de vrouwelijke ejaculatie nu wel of niet? De Kama Sutra sprak al over vrouwelijk zaad, Hippocrates schreef er over en de Nederlandse dokter Reinier de Graaf schreef in de 17e eeuw over 'een vloeistof die uit de vagina komt in een golfje.' Bestaat dat allemaal echt? Het antwoord van evolutionair bioloog Sharon Moalem in de New Scientist luidt: waarschijnlijk bestaat het. "Ja. Het is nog altijd omstreden, maar vele wetenschappers accepteren nu de stelling dat sommige vrouwen bij seksuele opwinding of bij een orgasme een vloeistof uitwerpen. Maar hoe vaak het voor komt, wat die vloeistof is en waar die toe dient, het blijft omstreden en onbekend." De doorbraak kwam toen een vrouw - bijgestaand en op gang geholpen door haar man - ejaculeerde onder het toeziend oog van seksuologen in een laboratorium. Het ging om een behoorlijke hoeveelheid vloeistof. Laboratoriumonderzoek leerde dat de vloeistof vermoedelijk afkomstig is van de vrouwelijke versie van de prostaat. Sinds die eerste keer is het vaker gelukt om in laboratoriumomstandigheden een ejaculatie vast te stellen. En of de vrouwelijke ejaculatie een doel heeft? Het kan zijn dat de vloeistof, zoals zoveel lichaamssappen, tot doel heeft te reinigen en infecties te voorkomen. Maar vermoedelijk net zoveel 'doel' als die van de mannelijke tepels: bij de ontwikkeling van een embryo is een tijdje symmetrie tussen de ontwikkeling van een jongen en een meisje; iets van die symmetrie blijft behouden. Bij sommige vrouwen dus ook.