Oud CIA-baas over terrorisme: 'Het wordt erger, voordat het beter wordt'

Samenleving
woensdag, 30 maart 2016 om 12:17
screen shot 2014 02 08 at 114112 pm
James Woolsey, oud-directeur van de CIA, is in Nederland voor een symposium over terrorisme. Zijn woorden zijn niet verzoenend of hoopgevend. Tegen het zegt hij dat we heel lang verwend zijn geweest en dat het nu oorlog is, en dat terrorisme voortkomt uit de islam. Volgens Woolsey wordt het de meest zware tijd denkbaar en komt er een strijd die nog decennia kan duren en eerst erger zal worden voordat hij stopt. 'We hebben te maken met een groep die niet alleen territorium heeft weten te bemachtigen, maar dat ook een rijk heeft gevestigd. Dat kalifaat zorgt dat IS een enorme aantrekkingskracht krijgt op mensen die bereid zijn ervoor te sterven. En in het kalifaat zien we de gruwelijkste martelingen en moordpartijen. Alles bedoeld om bang te maken. Wie niet voor het kalifaat kiest, voor de religie die daarbij hoort, wordt vermoord. Juist de religieuze wortels van IS maken het zo moeilijk te bestrijden'. Tijdens de Koude Oorlog hadden we te maken met een stervende ideologie. Daarna dachten we dat alles was opgelost. 'En bam, daar was het Midden Oosten. En dat is een blijvertje'. De religieuze component wordt door de VS niet benoemd, aldus de veiligheidsexpert. Obama heeft het over 'extremisten'. 'We kunnen pas een plan maken als we het écht gaan benoemen'. Woolsey doelt op het feit dat volgens hem terrorisme voortkomt uit de islam. Die wil hij hervormen door samenwerking te zoeken met gematigde islamitische regimes. En dan moet er gezorgd worden dat het kalifaat geen extra terrein kan winnen. Maar voorlopig is de kans groot dat er nog veel aanslagen komen, waarschuwt hij. 'We willen natuurlijk geen aanslagen meer op cafés (...), op zonnige pleinen. Maar ik denk dat we nog veel meer gaan zien. Het zal eerst nog erger worden, voordat het minder wordt. Een vuile bom met radioactief materiaal, op een cruciale plek. Of een aanslag op het elektriciteitsnet. We zijn kwetsbaar'.    
Bron(nen): AD