CBS: meer melkkoeien staan hun hele leven in de stal

Samenleving
door anp
vrijdag, 15 augustus 2025 om 6:48
bijgewerkt om vrijdag, 15 augustus 2025 om 6:52
anp150825057 1
 Steeds meer Nederlandse melkkoeien komen niet buiten en staan permanent in de stal, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van voorlopige cijfers. Vorig jaar kwamen ruim 460.000 van de 1,5 miljoen melkkoeien niet buiten, een toename van 12 procent ten opzichte van het jaar daarvoor.
Het aantal melkveehouderijen dat hun koeien altijd op stal liet staan, nam toe van 2514 in 2023 tot 2812 vorig jaar. Het gaat hierbij om niet-biologische bedrijven, want op biologische melkveehouderijen is het niet toegestaan om koeien permanent binnen te houden. Vorig jaar waren er in Nederland 538 biologische melkveebedrijven, die samen 3 procent van het totale aantal melkkoeien beheerden.
In 2012 ondertekenden ruim tachtig organisaties, waaronder zuivelfabrikanten, melkveehouders en natuurorganisaties, een convenant om de weidegang te stimuleren, onder meer door een hogere prijs af te spreken voor melk van koeien uit de wei. Het aantal bedrijven waar koeien permanent in de stal stonden, daalde daarna van 4297 in 2015 naar 2417 in 2022. Maar twee jaar geleden begon dat te veranderen en steeg dit aantal bedrijven weer. Een verklaring daarvoor geeft het CBS niet. Een reden dat een melkveehouder zijn koeien permanent binnen houdt, kan bijvoorbeeld zijn dat er niet genoeg grasland beschikbaar is in de buurt van de stal.
Weideseizoen
Het aantal dagen dat koeien in de wei mochten, was vorig jaar vergelijkbaar met het jaar daarvoor. Op biologische melkveehouderijen stonden koeien vorig jaar gemiddeld 202 dagen buiten, tegen 199 dagen in 2023. Bij niet-biologische bedrijven ging het vorig jaar om 150 dagen, tegen 156 in het jaar daarvoor.
Het zogeheten weideseizoen loopt grofweg van april tot oktober. In de winterperiode blijven koeien veelal in de stal omdat er dan weinig te grazen valt in de wei en de grond drassig is. Koeien van biologische melkveehouders hebben altijd toegang tot de wei. Ze mogen alleen in de stal worden gehouden bij te slecht weer, te natte grond of bij ziekte.