Hoe houd je ratten buiten?

Ratten zijn een steeds groter probleem in stedelijke gebieden als Amsterdam. Een van de oorzaken is de ongelofelijke hoeveelheid afval op de straten, nog verergerd door de blikjesjagers.

Ratten worden aangetrokken door voedsel, afval en beschutte plekken in en om het huis. Om ratten buiten te houden, is het van belang om niet alleen je eigen huis en tuin op orde te houden, maar ook samen te werken met de buurt. Ratten komen binnen via onverwachte plekken: gaten en kieren in muren, leidingen in de keuken of meterkast en zelfs door kruipruimtes. Een rat wurmt zich al door een opening ter grootte van een 2-euro-muntstuk. Dierplagendeskundigen adviseren daarom om alle gaten, scheuren en kieren goed te dichten, bijvoorbeeld met cement, fijn gaas of staalwol. Vergeet ventilatieopeningen niet, maar plaats daarin een geschikt rooster zodat de lucht blijft circuleren, zonder dat knaagdieren naar binnen kunnen.

Hygiëne is een belangrijke basis: laat geen eten, etensresten of dierenvoer slingeren, bewaar voedsel in afsluitbare bakken van hard kunststof of metaal, en ruim gevallen fruit in de tuin direct op. Een opgeruimde tuin zonder rondslingerende materialen of stapels haardhout maakt de omgeving onaantrekkelijk voor ratten. Ratten worden ook aangetrokken door composthopen; sluit die goed af en zorg dat ze niet toegankelijk zijn voor knaagdieren.

Samenwerking in de buurt is essentieel. Schoonmaken en onderhouden heeft pas echt effect als iedereen in de straat of wijk meedoet. Anders kunnen ratten zich blijven nestelen bij buren met minder schone gewoontes.

Tot slot kunnen huis-tuin-en-keukenmiddeltjes helpen, zoals het verspreiden van geuren waar ratten een hekel aan hebben (denk aan munt, kamille of cayennepeper). Wie echt hardnekkige overlast ervaart, kan bij de gemeente terecht voor advies of professionele hulp. Het melden van rattenoverlast helpt bovendien om de gemeente en de GGD in staat te stellen de bestrijding wijkbreed aan te pakken.