KIGALI (ANP) - De wegraces bij de WK wielrennen in Rwanda beloven "slopend" te worden. Dat zei Koos Moerenhout, bondscoach van de mannen, een dag na de officiële verkenning van het parcours in en rond de hoofdstad Kigali. Zaterdag rijden daar de vrouwen om de wereldtitel, zondag volgt de strijd om de regenboogtrui bij de mannen.
Moerenhout ging het parcours in december al bekijken in aanwezigheid van Anna van der Breggen, een van de kanshebsters bij de vrouwen. Woensdag was de officiële verkenning voor de deelnemers over afgesloten wegen. "Het is een slopend parcours. Dat zeggen de renners nu ook. Niet alleen door het aantal hoogtemeters, maar ook vanwege de omstandigheden: we fietsen hier op hoogte (zo'n 1500 meter) en de luchtkwaliteit is door de uitlaatgassen ook niet ideaal", vertelde de bondscoach telefonisch na een training, waaraan Bauke Mollema, Wout Poels, Sam Oomen en Menno Huising deelnamen. Thymen Arensman en Frank van den Broek werkten individueel intensieve blokken af.
De mannen rijden zondag een koers over 267 kilometer. Dat gebeurt op een parcours van 15,1 kilometer, met halverwege een eenmalige omloop over 42,5 kilometer. Daarin liggen Mount Kigali, de langste klim over 6 kilometer, en de Muur van Kigali, een korte steile helling. Moerenhout: "De top van die lange klim ligt op 104 kilometer voor de finish. Ik verwacht dat daar een serieuze schifting plaatsvindt. Sowieso is het zwaarder dan vorig jaar in Zürich. Het parcours telt in totaal 1000 hoogtemeters meer."
Pogacar
In de kortere lus, waarop vijftien rondes worden verreden, liggen twee korte maar pittige hellingen. "Het wordt een koers waarin de besten vanzelf overblijven. Daar komt niet heel veel tactiek bij kijken", meent Moerenhout. In Zürich won viervoudig Tourwinnaar Tadej Pogacar uit Slovenië.
De bondscoach kent de politieke situatie in Rwanda, waarover Human Rights Watch deze week nog berichtte. De mensenrechtenorganisatie noemt de WK een "te makkelijke dekmantel" om de schendingen van mensenrechten door de leiders van het Afrikaanse land te verdoezelen. "Daar zijn we zeker niet blind voor. Alleen zijn we nu hier om sport te bedrijven en mogelijk daarmee iets positiefs te creëren", aldus Moerenhout.