Volgens twee Franse wetenschappers – Michel-Yves Bolloré en Olivier Bonnassies – moet
God wel bestaan. Hun bestseller “God, the Science, the Evidence” stelt dat de nieuwste wetenschappelijke inzichten juist wijzen op een scheppende God als enige logische verklaring voor het ontstaan van het universum en het leven.
Hun voornaamste argumenten:
- Het universum had een beginpunt: Door ontdekkingen als de uitdijing van het heelal en de ‘Big Bang’, stellen de auteurs dat áls alles ooit op één punt begon, de oorzaak buiten het materiële moet liggen. Er moet dus ‘iets’ zijn dat dit proces in gang heeft gezet – een scheppende kracht.
- De oorsprong van leven: DNA is volgens hen een technologisch wonder, onwaarschijnlijk ingewikkeld en met een informatiedichtheid die toeval vrijwel uitsluit. Ze noemen het ontstaan van DNA en leven “oneindig onwaarschijnlijk” zonder een externe, intelligente bron.
- Materialisme schiet tekort: De auteurs betogen dat bijna elk nieuw wetenschappelijk inzicht het materialistische wereldbeeld zwakker maakt, en het idee van een ‘schepper’ juist aannemelijker.
Bekende wetenschappers, zoals Nobelprijswinnaar Robert Wilson, scharen zich gedeeltelijk achter hun redenatie: als het universum een begin heeft, kunnen we de vraag naar schepping niet ontwijken.
De kern: Bewijzen kunnen ze het niet, maar de auteurs zeggen: de kans op een goddelijk begin is rationeel groter dan puur toeval – en gelovigen én materialisten “geloven” beiden, alleen in verschillende dingen.
Hun boek roept op tot het debat tussen wetenschap en religie. Volgens Bolloré is het geen evangeliserend werk, maar een rationele poging om de wetenschappelijke evidentie te heroverwegen en te vragen: zijn we écht alleen toeval, of is er meer?
i