Op een melkgeitenboerderij is een volledig nest kittens gestorven, zeer waarschijnlijk door besmetting met
vogelgriep. Dat bevestigt landbouwminister Wiersma in een brief aan de Tweede Kamer. Het nieuws zorgt voor onrust onder dierenliefhebbers, maar volgens de minister blijft het risico voor huiskatten ‘klein’. Toch is waakzaamheid geboden. Drie vragen, helder uitgelegd.
Wat gebeurde er op de boerderij?
Twee weken geleden werd op de boerderij een dood kitten gevonden. De moederpoes had het karkas van een vogel naar het nest gesleept, maar door de staat van de resten is onbekend om welke vogelsoort het ging. De rest van het nest was op dat moment al verhuisd naar nieuwe eigenaren. Kort daarna overleden alle zeven kittens. Volgens de minister is “het vermoeden dat de vogel besmet was met het vogelgriepvirus en de kittens besmet zijn geraakt door het eten van deze vogel”. De moederpoes en twee andere
katten bleven opmerkelijk genoeg klachtenvrij.
Moeten kattenbaasjes zich zorgen maken?
Volgens de minister is het besmettingsrisico ‘klein’, voornamelijk omdat het virus vooral rondgaat onder wilde eenden. Toch waarschuwt ze dat eigenaren ‘alert moeten blijven’. Hoogleraar vergelijkende pathologie Thijs Kuiken (Erasmus MC) nuanceert het standpunt van de minister: ook zangvogels kunnen besmet zijn, zegt hij, en bovendien kan een kat een zieke meeuw of eend te pakken krijgen.
De circulatie van vogelgriep is momenteel uitzonderlijk hoog. Een kwart van de wilde eenden die recent getest werden, bleek positief — zonder zelf ziek te lijken. Dat betekent volgens Kuiken dat ook waterpoelen en vijvers mogelijk besmet zijn. In meerdere landen, waaronder Frankrijk en de VS, zijn recent eveneens katten overleden met “verschijnselen passend bij vogelgriep”.
Kan een kat zijn baasje besmetten?
In theorie wel. Kuiken verwijst naar een gedocumenteerd geval uit 2016 waarbij een dierenarts in een kattenasiel door een zieke kat werd besmet met de H7N2-variant. De arts kreeg slechts milde griepklachten, maar zulke besmettingen zijn uiterst zeldzaam.
Eigenaren van buitenkatten wordt aangeraden alert te zijn op de symptomen: sloomheid, benauwdheid, koorts, trillen, een loopneus of rode ogen. Een belletje aan de halsband is een simpel preventiemiddel, zodat katten minder snel vogels vangen. Of je kunt het dier binnenhouden zolang het vogelgriepseizoen piekt, meestal tot februari of maart.
Voor mensen die beroepsmatig met vogels werken blijft het advies: beschermende kleding, handschoenen en mondkapjes.