De een heeft een stampvolle agenda en is nooit thuis, de ander hangt graag op de bank een beetje tv te kijken. Dat lijkt lui, maar neurowetenschappers laten zien dat er meer achter schuilgaat. Motivatie blijkt diep verankerd in de hersenen en als dat systeem hapert, kan iemand plots in een staat van extreme apathie belanden.
Een voorbeeld is David, een jonge man die ooit een gedreven werknemer en sociale jongen was, maar van de ene op de andere dag nergens meer zin in had. Hij verloor zijn baan, maar het liet hem koud. Niet uit somberheid – hij voelde zich prima – maar hij “kon zich er niet toe zetten”. Na uitgebreid onderzoek bleek dat twee kleine beroertes zijn basale ganglia hadden beschadigd, hersengebieden die cruciaal zijn voor initiatief en doelgericht gedrag.
Bij dit soort aandoeningen is er niets mis met de fysieke capaciteit; mensen kunnen taken wél doen als je ze vraagt. Maar zelf iets opstarten voelt simpelweg niet de moeite waard. Onderzoek toont aan dat bij apathie de balans tussen inspanning en beloning verstoord raakt: de inspanning voelt te groot, de mogelijke beloning te klein.
Dopamine, vaak de beloningsstof genoemd, speelt hierbij een hoofdrol. Het draait minder om plezier dan om ‘willen’ – de drive om in actie te komen. David bloeide op nadat hij een medicijn kreeg dat dopamine in de hersenen stimuleert: hij vond werk, zelfstandigheid en zelfs een partner terug.
Sporten en plannen
Ook bij gezonde mensen met uiteenlopende motivatieniveaus zijn deze verschillen zichtbaar. In hersenscans van studenten bleek dat juist de meer apathische deelnemers meer hersenactiviteit nodig hadden om te beslissen of iets de moeite waard was. Het kost hen simpelweg meer denkenergie om een keuze te maken en denken kost moeite, dus vermijden ze de beslissing liever helemaal.
Wat werkt dan wel? Door vooraf een dag- of weekplanning te maken, hoeven apathische mensen niet telkens opnieuw die lastige afweging te maken. Activiteiten die plezier of voldoening geven helpen bovendien de beloning te versterken, waardoor 'ja zeggen' steeds makkelijker wordt.
Daarnaast tonen studies aan dat bewegen – van stevig wandelen tot danslessen – het dopaminesysteem kan activeren en motivatie kan verbeteren. Externe cues, zoals een alarm of hardloopschoenen klaarzetten, kunnen ook helpen om de drempel tot actie te verlagen.
De les: motivatie is geen karakterfout, maar een samenspel van hersenprocessen. En met de juiste strategieën kun je zelfs een automatische 'nee' langzaam veranderen in een oprechte 'misschien wel'.