Je bent zwetend en ploeterend een IKEA-kast in elkaar aan het zetten. Overal liggen losse schroeven en houten planken. Het kastje staat scheef en het wordt helemaal niks. Je partner wandelt ongeïnteresseerd binnen en je barst los:
"Ik heb álles goed gedaan! Kijk: verbind A met B met schroef M1, verbind B met C met bout M3… en dan BC met D… wacht eens even." Op dat moment valt het kwartje. Je ziet de fout, zet het juiste onderdeel vast en ineens staat de kast wél stevig.
Het is een herkenbaar fenomeen: zodra je een probleem hardop probeert uit te leggen, zie je de oplossing opeens glashelder.
In de softwarewereld heet dit principe 'rubber duck debugging. De term komt uit het boek The Pragmatic Programmer van Andrew Hunt en David Thomas. Hun advies: leg je code regel voor regel uit aan een badeend.
Dat klinkt misschien vreemd, maar door hardop uit te leggen wat je code zou moeten doen, ontdek je vaak zelf waar je fout zit. Het gaat niet om de feedback van de badeend – die blijft stil – maar om de manier waarop je zelf je gedachten structureert.
Waarom werkt het?
Al vanaf jonge leeftijd leren we door hardop te lezen. Door te praten hoor je je eigen denkstappen en merk je sneller wanneer er iets niet klopt.
Onderzoek van de Amerikaanse wetenschappers Logan Fiorella en Richard Mayer laat bovendien zien dat leren effectiever wordt als je de stof moet uitleggen aan iemand anders. Wie doet alsof hij lesgeeft, bouwt een dieper en blijvender begrip op.
Zelfs zonder publiek werkt dit principe: 'self-explaining' is een bewezen leerstrategie. Daarom kan een stille toeschouwer – of dat nu een badeend, plant of ongeïnteresseerde partner is – al genoeg zijn.
Waarom juist een badeend?
Mensen hebben vooroordelen en vullen dingen zelf in. Daardoor missen ze soms je fouten. Een badeend heeft dat probleem niet. Het lege, vrolijke gezichtje dwingt je om precies uit te leggen wat je bedoelt.
En eerlijk is eerlijk: een badeend is goedkoop, altijd beschikbaar en lacht je nooit uit.
Overigens hoeft het niet altijd een eend te zijn. Sommige programmeurs gebruiken een knuffel, een koffiemok of zelfs een AI-chatbot zoals ChatGPT. Die laatste kan niet alleen luisteren, maar ook suggesties geven.
Wat je ook kiest, de les is duidelijk: loop je vast met je werk, bij een creatieve opdracht of zelfs bij het ontcijferen van een ingewikkelde e-mail? Leg het eens uit aan je eigen 'rubber duck'.
De kans is groot dat je sneller tot de oplossing komt dan je denkt.