Terwijl in Europa de spanningen oplopen en de oorlog dichterbij komt, kijken veel landen opnieuw naar een oud plan: schuilkelders. In Zwitserland is dat idee nooit weggeweest. Het Alpenland telt ruim 370.000 nucleaire bunkers, genoeg om de hele bevolking onderdak te bieden bij een ramp. Een geruststellende gedachte misschien, maar de grote vraag blijft: als het erop aankomt, zijn die bunkers dan wel echt bruikbaar?
Stel je voor: er breekt een crisis uit en je weet precies waar je heen moet. Voor de Zwitsers is dat realiteit. Zwitserland heeft genoeg bunkers om de hele bevolking van ruim 8,5 miljoen te beschermen. Sinds de jaren '60 is elke nieuwe woning verplicht uitgerust met een bunker of moet er betaald worden voor een plek in een nabijgelegen publieke schuilplaats.
Deze voorbereidingsdrang is uniek in Europa. Alleen Zweden en Finland komen in de buurt. Op de rest van het continent is de herwaardering van burgerbescherming pas recentelijk terug op de agenda gekomen, door de Russische inval in Oekraïne.
Museum of levensreddend toevluchtsoord?
In Luzern staat een van de grootste en meest tot de verbeelding sprekende bunkers: Sonnenberg. Ooit gebouwd voor 20.000 mensen, maar sinds 2002 omgebouwd tot museum en teruggebracht naar een capaciteit van 2.000. Rondleidingen trekken steeds meer nieuwsgierigen, onder wie gezinnen, toeristen en doemdenkers. “In februari 2022 kreeg ik ineens telefoontjes van mensen die dachten dat wij de burgerbescherming waren”, vertelt gids Zora Schelbert tegen The Guardian. “Ze wilden weten waar ze heen moesten als het echt misging.”
Onder de grond ziet Sonnenberg eruit als een betonnen doolhof. Er is een ziekenhuis, een keuken met enorme stalen ketels, droogtoiletten en slaapzalen. En er is een herinnering aan hoe kwetsbaar de plannen zijn: tijdens een proef in 1987 bleek dat het sluiten van de bunker niet volledig lukte.
Wat als het echt misgaat?
Of Zwitserland zijn inwoners echt kan beschermen, hangt af van het scenario. Tegen nucleaire fall-out kan een bunker van pas komen als je op tijd binnen bent en er voldoende voorzieningen zijn. Maar tegen een directe kernbominslag is geen schuilplaats bestand. Daarnaast blijft de vraag hoe mensen dagenlang samenleven onder grote psychologische druk in betonnen ruimtes zonder ramen.
Toch biedt het systeem meer dan alleen fysieke veiligheid. “Bunkers zijn deel van onze identiteit”, zegt Guillaume Vergain van de burgerbescherming in Genève. De traditie gaat terug tot de Tweede Wereldoorlog, toen het land omsingeld was. Sindsdien leeft het idee van totale nationale verdediging voort, inclusief ideologische en burgerparaatheid.
Angst of realisme?
Niet iedereen is overtuigd. Bezoekers van de Sonnenberg zijn soms sceptisch: “Als we twee weken onder de grond zitten, wat vinden we dan als we weer boven komen?” vroeg een oudere Noor zich af. Ook een Oostenrijks gezin noemde het “geldverspilling” en gaf de voorkeur aan diplomatie boven beton.
Toch heeft Zwitserland iets dat veel landen missen: een concreet plan. De bunkers zijn vaak omgetoverd tot wijnkelders, opslagplaatsen of zelfs saunaruimtes, maar binnen vijf dagen moeten ze weer crisis-klaar zijn.
En in een tijd waarin rampen dichterbij lijken dan ooit, kan dat een geruststellende gedachte zijn. Want zoals een Zwitserse ambtenaar het nuchter samenvatte: “Oorlog komt zelden zonder aankondiging.”