Een
selfie lijkt simpel: telefoon omhoog, glimlachen en klikken maar. Maar iedereen die ooit zichzelf op de
foto heeft gezet, weet dat er meer bij komt kijken. Hoe leg je jezelf goed vast zonder dat het geforceerd oogt?
Licht
Het allerbelangrijkste bij een selfie is licht. Natuurlijk daglicht is je beste vriend. Ga bij voorkeur voor een raam staan of ga naar buiten en zorg dat het licht vóór je gezicht vandaan komt. Vermijd harde tl-lampen of direct zonlicht van boven, want die zorgen voor schaduwen en donkere kringen.
Voorkom kin-effect
Een klein trucje: houd je telefoon iets hoger dan je gezicht en kantel hem licht naar beneden. Dat voorkomt een ‘kin-effect’ en geeft automatisch een frissere uitstraling.
Achtergrond en houding
Een selfie draait niet alleen om je gezicht. Ook de achtergrond bepaalt hoe de foto overkomt. Rommelige stapels was of een keuken vol afwas leiden af. Kies een rustige achtergrond of eentje die je foto juist versterkt, zoals een kleurrijke muur of een mooi stukje natuur. Qua houding werkt het vaak beter om je hoofd iets te draaien in plaats van recht vooruit te kijken. Dat geeft meer diepte en laat je gezicht slanker lijken.
Filters
Een filter kan net dat beetje extra geven, maar overdrijf niet. Te veel gladstrijken maakt een selfie onnatuurlijk. Kies liever voor subtiele aanpassingen in licht en contrast.
Ontspannen
De mooiste
selfies zijn die waarop je écht lacht. Niet de krampachtige ‘selfie-smile’, maar een natuurlijke lach. Denk aan iets grappigs of luister naar je favoriete muziek terwijl je een foto maakt.