Longread: Gaat de onderste trede van de carrièreladder verdwijnen?

Economie
maandag, 17 november 2025 om 12:27
shutterstock_2640906823
De Nederlandse afgestudeerden van 2026 zullen de eerste lichting zijn van de ChatGPT-generatie die na vier jaar universiteit afstuderen. Sinds het begin van hun eerste jaar hebben ze generatieve kunstmatige intelligentie kunnen gebruiken voor alles, van het bedenken van ideeën tot het spieken bij hun opdrachten. Voor sommigen heeft dat misschien geholpen om hun studie met gemak te doorlopen. Maar buiten de campus dreigt AI hen ruw wakker te schudden wanneer ze de arbeidsmarkt betreden.
In Nederland is het aantal startersvacatures sinds januari 2024 met 29 procent gedaald, blijkt uit onderzoek van Randstad. Degenen die in 2026 voor het eerst de arbeidsmarkt betreden, krijgen te maken met een groep nieuwe medewerkers die beter geïnformeerd zijn en duivels lange dagen kunnen maken zonder ooit moe te worden: AI-agents.
Voor de techsector is de teruggang bijzonder pijnlijk: daar daalde het aantal instapfuncties met 35 procent, terwijl de financiële dienstverlening een daling van 24 procent noteerde. Het verschil met vacatures voor ervaren professionals is veelzeggend: in de techsector bedraagt het verschil tussen vraag naar junior en senior talent maar liefst 37 procentpunten.
Niet iedereen heeft te lijden onder de verspreiding van AI. Zelfs als de acceptatie van AI beperkt blijft, kunnen personeelsafdelingen toch al "proberen te schaatsen naar waar de puck naartoe gaat", zoals onderzoeker Erik Brynjolfsson van Stanford University het verwoordt. Uit recent onderzoek van Brynjolfsson blijkt dat generatieve AI meer voordelen biedt voor senior medewerkers in bedrijven die deze technologie toepassen. De onderzoekers ontdekten dat het aantal junior medewerkers in gevoelige bedrijven sinds begin 2023 is gedaald, terwijl dat van de hogere medewerkers niet is gedaald. De krimp is vooral te wijten aan een afname van het aantal aanwervingen, en niet aan een toename van het aantal ontslagen.
Ook in Nederland en Europa zijn de effecten zichtbaar. Het UWV waarschuwt dat de opkomst van kunstmatige intelligentie een bedreiging vormt voor de baankansen van starters, vooral in beroepen binnen de ICT en klantenservice die kwetsbaar zijn voor vervanging door AI. Uit cijfers van Intelligence Group blijkt dat traineeships en startersfuncties structureel onder druk staan: tot juli 2025 werden er gemiddeld 1.874 plekken per maand aangeboden, terwijl dat in 2024 nog 2.700 vacatures waren.
Niet iedereen zal verliezen bij een bredere toepassing van AI. Voor degenen die het geluk hebben een voet tussen de deur te krijgen, kan het gebruik van AI hun capaciteiten vergroten en de productiviteit verhogen. Dat is vooral het geval voor jongere werknemers die snel hun meer ervaren collega's kunnen inhalen, zoals we al zien bij contactcenters waar AI-tools de prestatiekloof tussen beginners en ervaren medewerkers verkleint.
AI betekent dat de structuur van de bedrijven waar afgestudeerden gaan werken waarschijnlijk zal veranderen. Dan Priest, chief AI officer bij PwC Nederland, wijst erop dat bedrijven die AI invoeren, voortdurend kunnen veranderen van "piramides" (veel mensen aan de basis, weinig aan de top) naar "diamanten" (weinig aan de top en onderaan, met een grote middenlaag). In Nederland is 44 procent van de banen in hoge of zeer hoge mate blootgesteld aan generatieve AI, volgens onderzoek van PwC. Dit betekent dat bijna de helft van alle functies significant door deze technologie beïnvloed kan worden.
Op de langere termijn biedt de transformatie echter een hoopvoller alternatief voor nieuwkomers: de 'zandloper'. Werknemers die niet van de universiteit komen, zijn wellicht het best in staat om te leren hoe ze AI kunnen benutten en zouden snel de AI-achterblijvers in het midden kunnen inhalen. Deze ontwikkeling is bijzonder relevant voor de Nederlandse arbeidsmarkt, waar 43 procent van de banen complementair is aan AI - het hoogste percentage in Europa volgens ING Research. Dit betekent dat AI deze functies juist kan versterken in plaats van overnemen.
Afgestudeerden in 2026 hebben dus twee opties om te overwegen. De ene is om zich extra te verdiepen in AI-geletterdheid, wat waarschijnlijk de meest gewilde vaardigheid zal zijn in het komende jaar. In Nederland maakt 47 procent van de jonge werknemers zich zorgen over de impact van AI op hun baan - een stijging ten opzichte van 43 procent vorig jaar. Een andere optie is om te kiezen voor banen in sectoren, zoals de zorg en technisch onderhoud, die minder kwetsbaar zijn voor AI-disruptie dan banen in kennisintensieve sectoren en daarom gemakkelijker toegankelijk zijn.
De Europese Commissie heeft gewaarschuwd dat de opkomst van AI een transformatie met zich meebrengt die vergelijkbaar is met de Industriële Revolutie. Onderzoek van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (JRC) toont aan dat vooral docenten, programmeurs, analisten en besluitvormers tot de meest kwetsbaren behoren wat betreft de impact van AI op de arbeidsmarkt in Europa. Dit vraagt om nieuw overheidsbeleid dat inspeelt op veranderingen zoals polarisatie van banen en de noodzaak tot omscholing van werknemers.
Welke optie ze ook kiezen, afgestudeerden kunnen potentiële werkgevers ervan overtuigen dat bedrijven zichzelf in de voet schieten als ze geen jong talent aannemen. Overmatig enthousiasme voor AI kan op korte termijn de productiviteit verhogen, maar op lange termijn is de toekomst van elk bedrijf onzeker als er geen gekwalificeerde werknemers zijn om het stokje over te nemen als de bazen ouder worden. De Sociaal-Economische Raad (SER) benadrukt in haar recent advies dat voor ondernemend Nederland AI enorme kansen biedt, maar dat banen zullen verdringen én nieuwe banen zal creëren - waardoor een evenwichtige aanpak cruciaal is voor de toekomst van de Nederlandse arbeidsmarkt.
In sommige witteboordenberoepen zullen degenen die in 2026 voor het eerst de arbeidsmarkt betreden, te maken krijgen met een groep nieuwe medewerkers die beter geïnformeerd zijn, duivels lange dagen kunnen maken en geen moer geven om salarissen: kortom, AI-bots. Gartner, een prognosebureau, voorspelt dat tegen het einde van het komende jaar 40% van de apps die bedrijven gebruiken om hun workflows te verbeteren, AI-agenten zullen bevatten die zijn gebouwd om samen met of in plaats van mensen te werken. Dat is een stijging ten opzichte van 5% medio 2025.
De impact van AI op de arbeidsmarkt is misschien al zichtbaar aan de onderkant van de carrièreladder. Uit een onderzoek naar Amerikaanse loongegevens door Eric Brynjolfsson en anderen van Stanford University blijkt dat 22- tot 25-jarigen die werken in functies die het meest blootgesteld zijn aan AI, zoals softwareontwikkeling en klantenservice, sinds 2022 een daling van het aantal banen met dubbele cijfers hebben gezien. In de softwareontwikkeling bedroeg de daling bijna 20%, terwijl de werkgelegenheid voor andere leeftijdsgroepen juist groeide.
Niet iedereen heeft te lijden onder de verspreiding van AI
Zelfs als de acceptatie van AI beperkt blijft, kunnen personeelsafdelingen “proberen te schaatsen naar waar de puck naartoe gaat”, aldus Brynjolfsson. Dat wordt bevestigd door een ander onderzoek van Guy Lichtinger en Seyed Hosseini van Harvard University, waaruit blijkt dat generatieve AI meer voordelen biedt voor senior medewerkers in bedrijven die deze technologie toepassen. De onderzoekers ontdekten dat het aantal junior medewerkers in dergelijke bedrijven sinds begin 2023 was gedaald, terwijl dat van de hogere medewerkers niet was gedaald. De krimp is voornamelijk te wijten aan een afname van het aantal aanwervingen, en niet aan een toename van het aantal ontslagen.
Niet iedereen zal verliezen bij een bredere toepassing van AI. Voor degenen die het geluk hebben een voet tussen de deur te krijgen, kan het gebruik van AI om hun capaciteiten te vergroten de productiviteit verhogen, waardoor ze snel hun meer ervaren collega's kunnen inhalen, net zoals een Uber-chauffeur die een navigatiesysteem gebruikt snel even goed kan worden als een doorgewinterde taxichauffeur. Net als Uber-chauffeurs moeten werknemers echter oppassen dat uitbreiding niet snel omslaat in vervanging.
AI betekent dat de structuur van de bedrijven waar afgestudeerden gaan werken waarschijnlijk zal veranderen. Dan Priest, chief AI officer bij PwC, een accountantskantoor en adviesbureau, zegt dat bedrijven die AI invoeren, in ieder geval voorlopig kunnen veranderen van “piramides” (veel mensen aan de basis, maar weinig aan de top) naar “diamanten” (weinig aan de top en onderaan, met een grote middenlaag).
Op de langere termijn biedt hij echter een hoopvoller alternatief voor nieuwkomers: de ‘zandloper’. Werknemers die net van de universiteit komen, zijn wellicht het best in staat om te leren hoe ze AI kunnen benutten en zouden snel de AI-achterblijvers in het midden kunnen inhalen.
Afgestudeerden in 2026 hebben dus twee opties om te overwegen. De ene is om zich extra te verdiepen in AI-geletterdheid, wat waarschijnlijk de meest gewilde vaardigheid zal zijn in het komende jaar. Een andere optie is om te kiezen voor banen in sectoren, zoals de productiesector, die minder kwetsbaar zijn voor AI-disruptie dan banen in de vrije beroepen en daardoor gemakkelijker toegankelijk zijn.
In een werkdocument gebruikte Gustavo de Souza van de Federal Reserve Bank of Chicago AI-adoptiegegevens uit Brazilië om aan te tonen dat AI in fabrieken de werkgelegenheid heeft gestimuleerd door machines gemakkelijker te bedienen te maken, zelfs terwijl AI kantoorwerk automatiseerde ten koste van werknemers. " Wat als het niet om je baan gaat, maar misschien om een carrièreswitch?", vroeg hij.
Welke optie ze ook kiezen, afgestudeerden kunnen potentiële werkgevers ervan overtuigen dat bedrijven zichzelf in de voet schieten als ze geen jong talent aannemen. Overmatig enthousiasme voor AI kan op korte termijn de productiviteit verhogen. Maar op lange termijn is de toekomst van elk bedrijf onzeker als er geen gekwalificeerde werknemers zijn om het stokje over te nemen als de bazen ouder worden. ■
loading

Loading