Een klein glaasje wijn of bier, lang dachten onderzoekers dat het goed was voor de hersenen. Maar een nieuwe internationale studie veegt dat idee van tafel: zelfs kleine hoeveelheden alcohol vergroten de kans op dementie.
De onderzoekers concluderen dat geheel stoppen met drinken waarschijnlijk de beste manier is om het risico op geheugenverlies en cognitieve achteruitgang te verkleinen. “Onze onderzoeksresultaten ondersteunen een schadelijk effect van alle vormen van alcoholgebruik op het risico op dementie, zonder enig bewijs voor het eerder gesuggereerde beschermende effect van matig drinken”, schrijven zij in hun publicatie.
Twee invalshoeken
Voor het onderzoek werden eerst de gegevens van 559.559 volwassenen uit het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten geanalyseerd. De deelnemers, tussen de 56 en 72 jaar oud, rapporteerden hun drinkgewoonten en werden tot vijftien jaar lang gevolgd. Daaruit kwam een U-vormige curve naar voren: zowel zware drinkers als geheelonthouders hadden de hoogste kans op dementie, terwijl lichte drinkers het laagste risico leken te hebben.
Maar dat beeld klopt waarschijnlijk niet, stellen de wetenschappers. Veel niet-drinkers zijn namelijk oud-drinkers die gestopt zijn vanwege gezondheidsklachten of beginnende geheugenproblemen. Het lijkt dan alsof een kleine hoeveelheid alcohol beschermt, terwijl de cijfers eigenlijk vertekend zijn.
Daarom voegde het team een tweede analyse toe, met behulp van genetische gegevens van 2,4 miljoen mensen. Er werd gekeken naar genetische aanleg om te drinken, in plaats van naar zelf gerapporteerde gewoonten. Het resultaat: de U-vorm verdween. Hoe sterker de genetische aanleg om alcohol te gebruiken, hoe groter de kans op dementie, zonder gunstig effect voor de lichte drinkers.
Alcoholreductie als preventie
Volgens de onderzoekers kan het terugdringen van alcoholgebruik grote gezondheidswinst opleveren. “Het halveren van het aantal mensen met een alcoholstoornis kan het aantal gevallen van dementie met wel 16 procent verminderen”, schrijven ze.
Er zijn wel beperkingen. In het eerste deel van het onderzoek moesten deelnemers zelf hun consumptie inschatten, wat onnauwkeurig kan zijn. In het tweede deel gaat het om genetische voorspellingen van drinkgedrag, niet om directe metingen. Toch benadrukken onafhankelijke experts dat de studie overtuigend aansluit bij eerder bewijs.
“Geen van beide delen kan onomstotelijk bewijzen dat alcoholgebruik rechtstreeks dementie veroorzaakt”, zegt neurowetenschapper Tara Spires-Jones van de University of Edinburgh, die niet betrokken was bij het onderzoek. “Maar dit voegt zich wel bij veel ander onderzoek dat een verband laat zien en we weten bovendien dat alcohol direct giftig is voor hersencellen.”