Over Nederlanders en wat we doen met buitenlanders: 4 praktijkvoorbeelden

Economie
zaterdag, 06 september 2025 om 8:34
bijgewerkt om zaterdag, 06 september 2025 om 10:27
ANP-505382445
Bijna iedere Nederlander heeft een mening over buitenlanders. Meestal is die mening dat ze weg moeten. Maar zolang ze er zijn buiten we hen uit. We zeggen sorry voor de slavernij uit de 17e eeuw, maar die van nu vinden we prima. De goedkope Lukasz, Dawid, Iwan, Maria en werden het slachtoffer van onze lol in spotgoedkope arbeid. Misschien vind je het te lang om te lezen 'Nigeriaan verkracht meisje is spannender en korter. Maar dit is ook waar. Gaza is erg, maar daar kunnen we niet zoveel aan doen. Dit is ook verwerpelijk, en we doen het zelf.
Lukasz werd dakloos omdat zijn baas een gammele ladder neerzette
Lukasz, een Poolse arbeidsmigrant, werkt via een uitzendbureau op een Nederlandse bouwplaats. Hij krijgt een klus op hoogte en pakt een ladder die “even snel” is neergezet. De veiligheidsinstructies zijn summier en vooral in het Nederlands; Lukasz knikt wel, maar begrijpt het niet echt. Er is geen collega die even meekijkt of borgt dat de ladder goed staat. De druk is hoog: tempo maken, want de opdrachtgever wil door. Lukasz is moe van lange werkdagen en reizen. Hij klimt, de ladder schuift weg, en hij stort naar beneden.
Gaza is erg, maar daar kunnen we niet zoveel aan doen. Dit is ook verwerpelijk, en we doen het zelf.
De gevolgen zijn fors: letsel, geen inkomen, en omdat zijn werkcontract ophoudt, verliest hij ook zijn huisvesting en zorgverzekering. Hij voelt zich klem tussen uitzendbureau en inlener: niemand lijkt echt verantwoordelijk te zijn. Het onderzoek laat zien hoe een stapeling van factoren het ongeluk bijna voorspelbaar maakte: taalbarrière, tijdsdruk, vermoeidheid, gebrekkige borging van veilig werken, en onduidelijke verantwoordelijkheden tussen inlener en uitzendbureau. De les is pijnlijk duidelijk: zonder meertalige instructies, toezicht op werkplekinrichting (zoals het zekeren van ladders), en echte zorgplicht vanuit de materiële werkgever, vallen mensen als Lukasz letterlijk tussen wal en schip.
Dan gaat het mis: hij stapt op een zwak stuk, zakt erdoor en valt ongeveer tien meter naar beneden.
Dawid zakt door een dak, niet door pech, maar door zijn baas. Dawid is nu een wrak en arm
Dawid werkt als arbeidsmigrant op een dak. Het is een klus die routine lijkt: lopen, leggen, door. Het dak is deels oud en bros, maar duidelijke afzetting of loopplanken ontbreken. De instructies zijn kort en vooral in het Nederlands. Dawid vertrouwt op zijn ervaring, voelt ook de druk om tempo te maken. Dan gaat het mis: hij stapt op een zwak stuk, zakt erdoor en valt ongeveer tien meter naar beneden.
De schade is enorm: zwaar lichamelijk letsel, maanden herstel, geen loon. Omdat zijn contract tijdelijk is, verliest hij met zijn werk ook zijn woonplek en raakt hij zijn zorgverzekering (gedeeltelijk) kwijt. Na het ongeval blijkt vooral hoe onduidelijk de verantwoordelijkheden zijn: wie had het dak moeten controleren? Wie had valbeveiliging en veilige looproutes moeten regelen? Het uitzendbureau wijst naar de inlener, de inlener naar “hoe het hier altijd gaat”.
De boodschap van dit voorbeeld is glashelder: dit was geen pech, maar een optelsom van voorspelbare risico’s. Zonder duidelijke markering van zwakke delen, valbeveiliging, meertalige en echt begrepen veiligheidsinstructies, en toezicht dat veiligheid boven tempo zet, is zo’n val geen toeval. En na de val valt iemand als Dawid nóg dieper: door de keten van tijdelijke contracten, afhankelijkheid van huisvesting via de werkgever en gebrekkige toegang tot zorg en inkomen.
ANP-530590909
Misschien vind je het te lang om te lezen 'Nigeriaan verkracht meisje is spannender en korter. Maar dit is ook waar
Iwan komt klem in zijn vuilniswagen, zwaar letsel niet verzekerd
Iwan werkt als belader aan een vuilniswagen. Het is donker, nat en hij draait al uren mee op tempo. De ploeg communiceert vooral in het Nederlands; Iwan pikt de helft op, de rest raadt hij. Er is druk om de route snel af te maken. Op een krappe straat gaat het mis: de chauffeur denkt dat iedereen vrij staat, Iwan denkt dat de wagen stilstaat. Een moment van ruis — en Iwan komt klem tussen de achterlader en de wagen.
De gevolgen zijn direct en hard: zwaar letsel, re-integratie onzeker, en omdat hij via een flexcontract werkt, brokkelen inkomen, woonplek en verzekering meteen af. Daarna begint het pingpongen: wie had hem moeten instrueren en beschermen — het uitzendbureau of de inlener? Waarom was er geen eenduidige, meertalige briefing en heldere handgebaren? En waar was de stopregel: niet bewegen totdat iedereen zicht- en hoorbaar vrij is?
De les uit Iwans verhaal is scherp: in risicowerk met voertuigen is één taal van veiligheid nodig — vaste protocollen, meertalige instructies, duidelijke rolverdeling tussen chauffeur en belader, en een heilig “stop tot confirmatie”-ritueel. Zonder die basis, plus toezicht dat veiligheid boven snelheid zet, is een ongeluk als dit geen toeval maar een systeemfout.
ANP-534438151
Maria belandt onder een pallet van 1200 kilo. Er is amper zorg
Samenvatting in aansprekende taal Maria werkt als orderpicker in een distributiecentrum. De vloer is druk: smalle paden, ronkende heftrucks en EPT’s die af en aan rijden. Targets drukken, pauzes zijn kort, instructies vooral in het Nederlands. Maria pakt een pallet op en steekt over. Een heftruckchauffeur denkt dat zij stopt; Maria denkt dat hij haar gezien heeft. Er is geen duidelijke voorrang, geen vaste looproutes of goed zicht op de kruising. In een oogwenk is het raak: aanrijding.
De nasleep is pittig: letsel aan been en rug, maanden uit de running, en met haar flexcontract verdampt zekerheid over loon, huis en zorg. Dan volgt het bekende spel: het uitzendbureau wijst naar de inlener, de inlener naar “drukte” en “ervaring”. Niemand heeft echt geborgd dat taal, tempo en verkeer in het magazijn veilig op elkaar zijn afgestemd.
De les uit Maria’s verhaal is helder: een distributiecentrum vraagt om één taal van veiligheid. Denk aan strakke, gemarkeerde looproutes, duidelijke voorrangsregels, snelheidslimieten en meertalige briefings. En bovenal: tempo mag nooit zwaarder wegen dan veilig werken. Dan pas voorkom je dat mensen als Maria letterlijk onder de wielen komen.
(alle voorbeelden zijn goed gedocumenteerd door de Onderzoeksraad voor de Veiligheid en worden uitgebreider beschreven in dit rapport)
ANP-46153966

Migrantenarbeiders in Nederland (2025)

In Nederland werken anno 2025 ongeveer 950.000 migrantenarbeiders. Zij zijn onmisbaar in een aantal sectoren zoals distributie, de tuinbouw, de bouw en de logistiek. De grootste groep komt uit Midden- en Oost-Europa: vooral Polen (32%), maar ook veel uit Duitsland (9%), Roemenië, Bulgarije en Hongarije (samen circa 15%). Verder zijn Italianen, Fransen en Britten goed voor rond de 20%, en de rest uit diverse landen (24%).
De meeste migrantenarbeiders zijn actief in sectoren waar veel handjes nodig zijn:
  • Land- en tuinbouw en glastuinbouw
  • Logistiek en distributiecentra
  • Vleesverwerking en voedselindustrie
  • Bouw Daarnaast werken kennismigranten van buiten de EU vaak in IT en specialistisch werk.
Tabel: Migrantenarbeiders Nederland 2025
AantalHerkomstlandenBelangrijkste sectoren
950.000Polen (32%)Landbouw & tuinbouw
Duitsland (9%)Logistiek & distributiecentra
Roemenië/Bulgarije/Hongarije (15%)Vleesverwerking/voedselindustrie
Italië/Frankrijk/VK (20%)Bouw
Overig (24%)IT/kenniswerk (m.n. kennismigranten buiten EU)
Toelichting:
  • Het aandeel uit Polen daalt, dat uit andere landen groeit licht.
  • Arbeidsmigranten doen vaak laagbetaald en fysiek zwaar werk.
  • Hun positie is onzeker door veel flexibele contracten en huisvesting via de werkgever.
  • Nederland leunt zwaar op hun bijdrage voor essentiële sectoren.eur+1