Waarschuwing vooraf: de beurzen zijn dit jaar (2025) zeer sterk gestegen. Volgens sommigen te sterk. Veel is gebaseerd op de aanname dat AI niet tegenvalt en dat Trump geen gekkere dingen meer gaat doen. Beide aannames zijn wankel. Begin januari lonkt de
beurs. Indexen beginnen het jaar vaak met optimisme, analisten strooien met vooruitzichten en brokers adverteren met “dít is hét moment om in te stappen”. Toch is de vraag voor gewone beleggers veel minder spannend dan het marketingverhaal suggereert: het draait minder om januari, en meer om horizon, risico en discipline.
Het beroemde januari-effect, het idee dat aandelen in januari structureel beter presteren, is in recente decennia sterk afgezwakt. Onderzoek op basis van data van de S&P 500 laat zien dat januari in de periode 1963–1993 gemiddeld ruimschoots de beste beursmaand was, maar tussen 1993 en 2023 bleef de gemiddelde stijging steken rond 0,28%, achter maanden als april en november. Kalendermagie is dus een wankele basis voor een belangrijke financiële beslissing.
Belangrijker is de fundamentele vraag of beleggen überhaupt bij je past. De
AFM wijst er in haar consumentenvoorlichting op dat beleggen alleen zin heeft als je het
geld “langdurig kunt missen”, en dat een horizon van minimaal vijf jaar verstandig is om schommelingen op te vangen. Wie zijn spaargeld binnen een paar jaar nodig heeft voor huur, hypotheek of noodgevallen, moet daar in de regel niet mee gaan speculeren op een mogelijk beursrallytje in januari.
Voor wie wél een buffer heeft en lange adem, maakt de exacte startdatum statistisch veel minder uit. Historisch schommelt het gemiddelde jaarlijkse aandelenrendement rond de 7 à 10% per jaar, maar met grote uitslagen omhoog én omlaag. In- en uitstappen op basis van “gevoel” of kalenderpatronen vergroot vooral de kans dat je een deel van het herstel mist.
(Wat levert beleggen nu eigenlijk op)Praktisch betekent dat:
- Stap alleen in als je het geld minstens vijf jaar niet nodig hebt en een koersval van 20–30% mentaal én financieel kunt verdragen.
- Spreid je instapmoment, bijvoorbeeld via maandelijkse inleg, zodat je niet afhankelijk bent van één peildatum.
Begin januari is dus geen magisch moment, maar hooguit een psychologisch ankerpunt om je financiële plan eindelijk uit te voeren. Wie structureel, gespreid en met beleid belegt, heeft minder aan het kalenderverhaal – en meer aan een degelijk plan dat ook op 14 maart of 7 oktober werkt.