Bashar al-Assad leeft een jaar na zijn val in relatieve luxe in Moskou, terwijl miljoenen Syriërs nog altijd vastzitten in puin, armoede en onzekerheid. De kloof tussen de ex-dictator en zijn land is symbolisch voor een revolutie die wel het regime omverwierp, maar de bevolking voorlopig vooral “in de drek” achterlaat
Volgens berichten van onder meer
Yahoo News en Duitse media woont
Assad met zijn familie in een luxecomplex in Moskou, met meerdere appartementen, onder bescherming maar ook onder strikte Russische voorwaarden. De 24 jaar durende heerschappij van de Assad-familie kwam op 8 december 2024 ten einde, toen rebellen Damascus innamen en Rusland hem asiel verleende.
Voor Syriërs zelf is het beeld veel somberder. De
VN‑vluchtelingenorganisatie UNHCR schat dat nog altijd zo’n
16,5 miljoen mensen in Syrië humanitaire hulp nodig hebben, ondanks de politieke omwenteling. Wereldwijd leven ruim 6 miljoen Syriërs als vluchteling in het buitenland en zijn nog eens 7,4 miljoen mensen binnen Syrië ontheemd. Een jaar na de val keren de eersten voorzichtig terug, maar vaak naar kapotte huizen, mijnenvelden en steden zonder werk of basisvoorzieningen.
Tegelijk probeert de nieuwe machtselite in Damascus het beeld te schetsen van een “nieuw Syrië”, met parades en speeches over vrijheid en wederopbouw. Maar zolang ex-president Assad relatief vorstelijk in Moskou kan leven, blijft voor veel Syriërs het gevoel dat gerechtigheid uitblijft en de prijs van dertien jaar oorlog vooral door hen is betaald. De echte vraag is dan ook niet alleen hoe Syrië wordt heropgebouwd, maar of het ooit mogelijk wordt om dat te doen zonder een nieuwe generatie in dezelfde drek achter te laten.