Waarom lukt het sommige mensen maar moeilijk om liefde of genegenheid echt te ontvangen, zelfs als ze weten dat die oprecht bedoeld is? Psychologisch onderzoek laat zien dat de wortels vaak ver teruggaan naar onze jeugd. Bepaalde ervaringen in onze kinderjaren vormen een bril waardoor je als volwassene naar liefde en relaties kijkt. Dit zijn
de zeven meest impactvolle jeugdervaringen:
1. Voorwaardelijke liefde
Als een kind alleen liefde of waardering kreeg bij goede prestaties of voorbeeldig gedrag, leer je al vroeg dat liefde niet vanzelfsprekend is. Wie opgroeit met voorwaardelijke aandacht, blijft zich ook later in relaties bewijzen. De angst om niet ‘goed genoeg’ te zijn overheerst vaak, hoe liefhebbend de partner ook is.
2. Emotionele verwaarlozing
Soms is het niet wat er wél gebeurde, maar juist wat er ontbrak: aandacht, troost of interesse bij verdriet of blijdschap. Kinderen die emotioneel genegeerd worden, leren hun gevoelens te onderdrukken. Volwassenen met deze ervaring herkennen liefde wel met hun hoofd, maar voelen het niet met hun hart.
3. Te vroeg zorgen voor anderen (parentificatie)
Als je als kind al de zorg kreeg voor een ouder of broertjes/zusjes, verschuift de rolverdeling. Je leert dat je waarde afhangt van wat je voor anderen kunt betekenen, niet van wie je bent. Later is ontvangen (in plaats van geven) vaak ongemakkelijk of zelfs verdacht.
4. Voortdurende kritiek en oordeel
Wie opgroeit onder constante kritiek ontwikkelt een harde interne criticus. Complimenten of liefde kunnen als onnatuurlijk voelen (“het zal wel niet kloppen”), want je bent geneigd om altijd je eigen tekortkomingen uit te vergroten.
5. Verlating of verlies
Verlies van een dierbare (door dood, scheiding of emotionele afwezigheid) geeft kinderen het idee dat liefde altijd tijdelijk en onzeker is. Hierdoor kunnen volwassenen zich moeilijk werkelijk binden of houden ze emotioneel afstand uit angst opnieuw gekwetst te worden.
6. Slechte relatievoorbeelden
Kinderen spiegelen zich aan hun omgeving. Zie je thuis vooral conflict, kilheid of manipulatie, dan neem je onbewust deze patronen over. Gezonde liefde voelt dan vreemd of zelfs onveilig.
7. Je steeds een last voelen
Sommige kinderen krijgen expliciet of impliciet te horen dat ze ‘te veel’ zijn: te druk, te emotioneel of gewoon te aanwezig. Dit zorgt voor schaamte over je eigen behoeften. Later vraag je weinig aandacht of hulp, uit angst dat je te veel bent.