De mysterieuze beelden op Paaseiland – of Rapa Nui, zoals de inwoners het noemen – blijken mogelijk letterlijk te hebben “gelopen”. Volgens nieuw onderzoek van antropologen Carl Lipo en Terry Hunt hadden de oude Polynesiërs die het eiland bevolkten een slimme manier bedacht om de reusachtige moai-beelden rechtop te verplaatsen, zonder dat er een boom aan te pas kwam.
Dat druist in tegen de bekende theorie dat de eilandbewoners hun bos zouden hebben gekapt om houten rollen te maken voor het transport van de beelden. Volgens Lipo en Hunt is die verklaring niet alleen onwaarschijnlijk, maar ook onrechtvaardig tegenover de oorspronkelijke bewoners van Rapa Nui.
De beelden die konden lopen
Eeuwenlang vertelden de inwoners van Rapa Nui al verhalen over hun voorouders die de beelden “lieten lopen” over het eiland. Westerse wetenschappers beschouwden dat altijd als een mythe, totdat Lipo en Hunt in 2012 samen met de eerste Rapanui-gouverneur Sergio Rapu Haoa besloten om de legende letterlijk te testen.
Met behulp van 3D-modellen en touwen lieten ze een replica van 4,35 ton in beweging komen. Zodra het beeld een lichte wiegende beweging maakte, bleek het met weinig kracht van de ene naar de andere kant te kunnen “stappen”. Achttien vrijwilligers verplaatsten de replica op die manier honderd meter in slechts veertig minuten.
"De moai liepen: het bewijs is in steen gehouwen, bevestigd door experimenten en gevierd in de hedendaagse Rapa Nui-cultuur”, schrijven Lipo en Hunt in hun nieuwe studie.
Geen bewijs voor bomenkap
De onderzoekers hopen met hun bevindingen ook af te rekenen met het idee dat de bewoners van Rapa Nui hun eigen beschaving ten gronde richtten door overmatig gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Nieuw genetisch en archeologisch bewijs wijst erop dat de bevolking niet instortte door milieuvervuiling, maar door slavenhandel en ziektes die Europeanen meebrachten.
In hun paper reageren Lipo en Hunt op de kritiek van onder anderen schrijver Jared Diamond, die in zijn boek Collapse (2005) de ecocide-theorie populair maakte. Diamond noemde hun looptheorie destijds een rampscenario, omdat de beelden tijdens het transport zouden breken.
Maar volgens Lipo en Hunt negeert die kritiek het fysieke bewijs: veel moai’s die langs oude wegen zijn gevonden, vertonen juist breuken die passen bij een gecontroleerde, wiegende beweging over oneffen terrein.
"Zijn redenering negeert zowel de natuurkunde van gecontroleerde slingerbewegingen als het archeologische bewijs”, schrijven ze. Volgens Lipo en Hunt zijn de moai’s geen overblijfsel van een samenleving die zichzelf vernietigde, maar juist een symbool van vindingrijkheid en samenwerking.