Steeds meer Amerikanen ervaren al op jonge leeftijd cognitieve problemen. Het aantal volwassenen dat zegt moeite te hebben met geheugen, concentratie of besluitvorming is de afgelopen tien jaar flink gestegen.
Een onderzoeksteam onder leiding van neurowetenschapper Ka-Ho Wong van de Universiteit van Utah analyseerde gegevens van meer dan 4,5 miljoen Amerikanen. Tussen 2013 en 2023 steeg het aandeel volwassenen met ernstige cognitieve problemen van 5,3 naar 7,4 procent. De grootste toename werd gezien bij jongvolwassenen tussen de 18 en 39 jaar: hun percentage verdubbelde bijna, van 5,1 naar 9,7 procent.
“Problemen met geheugen en denkvermogen zijn uitgegroeid tot een van de belangrijkste gezondheidsklachten onder Amerikaanse volwassenen”, zegt Adam de Havenon, vaatchirurg en neuroloog aan de Yale University.
Opvallend genoeg bleef één groep buiten de trend: bij mensen van 70 jaar en ouder daalde het aantal meldingen licht, van 7,3 naar 6,6 procent. Volgens de onderzoekers wijst dit erop dat vooral jongere generaties kwetsbaarder zijn geworden voor cognitieve klachten.
De stijging blijkt bovendien niet gelijk verdeeld over de bevolking. Mensen met een jaarinkomen onder de 35.000 dollar en met een lagere opleiding rapporteerden aanzienlijk meer problemen dan gemiddeld. “De sterkste toename zien we bij groepen die toch al te maken hebben met structurele achterstanden”, aldus De Havenon.
Volgens de Amerikaanse gezondheidsdienst CDC had in 2022 al bijna 14 procent van de volwassenen een vorm van cognitieve beperking. Daarmee is het de meest gerapporteerde beperking in de VS.
Meerdere oorzaken
De studie kon geen eenduidige oorzaak aanwijzen, maar de onderzoekers denken dat meerdere factoren een rol spelen. De nasleep van de coronapandemie, groeiende stress en werkonzekerheid onder jongeren en de toenemende afhankelijkheid van digitale technologie kunnen bijdragen aan de stijging. Tegelijkertijd is er wellicht meer openheid over mentale gezondheid, waardoor mensen eerder geneigd zijn hun klachten te melden.
De onderzoekers benadrukken dat het onderzoek is gebaseerd op zelfrapportage via telefoon en dat klinische tests nodig zijn om de bevindingen verder te onderbouwen. Toch is de conclusie helder: dit is een groeiend volksgezondheidsprobleem.
“We moeten beter begrijpen welke sociale en economische factoren dit aanwakkeren”, zegt De Havenon. “Vooral de sterke toename onder jonge volwassenen vraagt dringend om aandacht, niet alleen voor hun welzijn, maar ook voor de toekomstige arbeidsproductiviteit en de druk op de zorgsystemen.”