Tientallen
bedrijven in Nederland weigeren mee te werken aan bodemonderzoek naar
PFAS-vervuiling, tot grote frustratie van provincies. Zij kunnen volgens de wet geen toegang afdwingen en dat baart experts grote zorgen. Want terwijl de risico’s van PFAS steeds duidelijker worden, blijven veel risicoplekken ononderzocht.
PFAS – een verzamelnaam voor chemische stoffen die niet of nauwelijks afbreken – zijn in steeds meer onderzoeken gelinkt aan risico’s voor milieu en gezondheid. Vorige week bleek uit een RIVM-rapport dat bijna alle Nederlanders te veel PFAS in hun bloed hebben. Toch stuiten provincies op een muur als ze bedrijven benaderen voor bodemonderzoek.
Schandalig
De verdachte locaties zijn divers: van oude vuilstortplaatsen en verffabrieken tot brandweerkazernes waar ooit met PFAS-houdend schuim is geoefend. Provincies willen juist daar monsters nemen, maar worden in veel gevallen geweigerd. In Zeeland gaat het om bijna de helft van de vijftig benaderde bedrijven, in Overijssel om negen van de veertien, in Gelderland om ruim twintig van de 220 aangeschreven locaties.
Volgens milieuchemicus Chiel Jonker (Universiteit Utrecht) gaat het hier om een duidelijke tekortkoming in de wetgeving: “De overheid zou dit moeten kunnen afdwingen bij risicovolle locaties, waar PFAS bijvoorbeeld via het grondwater terecht kan komen in drinkwaterbronnen en oppervlaktewater.”
Tekortkoming in wet
De huidige wet laat echter weinig ruimte voor dwang, zegt oud-hoogleraar milieurecht Gerrit van der Veen (Rijksuniversiteit Groningen). “De toezichthouder heeft pas mogelijkheden als een bedrijf wist of had moeten weten dat het een vervuiling veroorzaakte.” Dat is precies het probleem: veel verontreiniging dateert van decennia geleden, toen de risico’s van PFAS nog nauwelijks bekend waren.
Bovendien is de huidige gebruiker van een terrein lang niet altijd de oorspronkelijke vervuiler. “Ook dan is monstername niet afdwingbaar”, zegt Van der Veen tegen de NOS. Zijn conclusie: “Er is nu sprake van een lacune in de wet.”
Machteloos toekijken
Provincies trekken ondertussen aan een dood paard. “Het is juridisch onmogelijk”, zegt de Zeeuwse gedeputeerde Dick van der Velde. “Als je het wilt afdwingen en ze verzetten zich, dan stranden we toch. Dus het heeft geen zin om dat te proberen.”
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat zegt wel juridische ruimte te zien, maar voegt daaraan toe: “Mocht blijken dat hierin niet slagvaardig genoeg opgetreden kan worden, dan zal waar nodig gekeken worden naar aanvullende juridische mogelijkheden.”
Giftige keten
Juist bij PFAS is snel ingrijpen cruciaal, benadrukt Jonker: “Vroeger ging het bij bodemvervuiling vaak om olie of metalen. Dat blijft grotendeels op zijn plek zitten. Dat is heel anders bij PFAS. Die stoffen zijn mobiel; via grond- en oppervlaktewater kunnen ze zich heel goed verspreiden.”
De risico’s strekken verder dan alleen het vervuilde terrein. “Als het grondwater onder een vervuilde bodem verbonden is met een drinkwaterbron, dan zouden mensen hierdoor met PFAS verontreinigd drinkwater binnen kunnen krijgen”, waarschuwt Jonker. “En als het uitspoelt naar het oppervlaktewater, zoals sloten, kan het in de voedselketen komen.”
Boeren gebruiken dat water voor hun gewassen, volkstuinders sproeien ermee, vissen leven erin en mensen zwemmen erin. Zonder onderzoek blijft de bron van het probleem onzichtbaar; met alle risico’s van dien.